Geen mooier voorbeeld van aangelegde natuur
dan het volgende: hoe de loop van dit water, ooit
verzonken, aan de oppervlakte werd gebracht,
zoals vroeger, maar in de vorm van een verse
bedding waar geen vis zich al waagde, geen golf
te gronde ging, een vreemde groeve, openlijk
slingerend door de serene ruimte van een grasveld,
een gaarde met stille bomen, en verder nog, een lege
beek die lag te wachten op de vervulling van eeuwig
stromen – het ruisen, als was het nooit anders geweest.
J. Heymans
Stadsdichter Hengelo
2012 – 2014